Nu eens geen stamvaders, maar stammoeders

Er is een stijgende interesse in familiegeschiedenis merkbaar. Natuurlijk helpen tv-programma’s als Verborgen Verleden, Spoorloos, DNA Onbekend, De Erfgenaam, De Reis van je Genen, Eindelijk Thuis en van eerdere datum Brieven onder Water daarbij.

Vaak gaat het over mannen, over vaders wanneer men het heeft over de familie-historie en dus de stamboom van een familie. Alleen bij de Joden zijn vrouwen, met name moeders belangrijker. Wat betreft de afstamming is zij immers de enige zekere factor, zo redeneert men.

Voor de stamboomonderzoekers van HCC!genealogie reden om zich op zaterdag 30 september a.s. in het H.F. Witte Cultuur- en vergadercentrum De Bilt met een tweetal lezingen nu eens geheel op vrouwen -op de zogenaamde matriarchale lijn- te richten. Deze gratis bijeenkomst is voor iedere geinteresseerde toegankelijk.

Om 11 uur trapt Carla van Beers af met een lezing over de Matria-Cirkel, waar zij een boek over schreef. In de Matria-Cirkel heeft iedere generatie een eigen kring. De stamboom technische ordening begint hier niet bij een stamvader, maar gaat uit van de moederstam en matrilineaire lijnen. Zo kan de horizon van onderzoek naar de familiegeschiedenis worden verbreed en wordt voorouderonderzoek inclusiever.

Beers beschrijft een genealogische zoektocht die veertien generaties omvat en introduceert de Matria-Cirkel als instrument om het uitgebreide spectrum van moeders en dochters zichtbaar te maken. Door de vrouwen en hun familie in kaart te brengen is het voorouderonderzoek geen mannelijke aangelegenheid meer.
Aan de hand van voorbeelden wordt gepresenteerd hoe de Matria-Cirkel is toe te passen.

In de middag geeft Suze Zijlstra een lezing met als titel ‘De Voormoeders. Een verborgen Nederlands-Indische familiegeschiedenis’.

De geschiedenis van de VOC is vaak gericht op de Europese mannen die bij de VOC in dienst waren. De voor de geschiedenis van cruciaal belang zijnde (veelal slaafgemaakte) Aziatische vrouwen en hun Europees-Aziatische nakomelingen kwamen veel minder ter sprake. Zijlstra heeft de complexiteit van het koloniale verleden in Nederlands-Indië op een indringende wijze toegankelijk gemaakt voor een nieuwe generatie.

In De Voormoeders volgt zij het leven van Aziatische en Euraziatische vrouwen in haar familie, van de 18e-eeuwse VOC-vestiging Makassar op het eiland Sulawesi, via de suikerplantages van Oost-Java, tot en met de migratie van haar oma’s gezin naar Nederland.

Deze gratis toegankelijke bijeenkomst op zaterdag 30 september 2023 zal worden gehouden in het H.F. Witte Cultuur- en vergadercentrum, Henri Dunantplein 4, 3731 CL De Bilt, aanvang 11 uur, toegang gratis

Ontdek uw Familiegeschiedenis door Stamboomonderzoek

Er is een stijgende interesse in familiegeschiedenis merkbaar. Dat wordt vast ook veroorzaakt door tv-programma’s als Verborgen Verleden, Spoorloos, DNA Onbekend, De Reis van je Genen, Eindelijk Thuis en van eerdere datum Brieven onder Water. Iedereen kan zo’n onderzoek beginnen, de vraag is echter hoe?

Om daar antwoord op te geven zijn John Glaser en Cor van Rooij, stamboomonderzoekers van HCC!, de grootste computerclub van de Benelux, op maandag 18 september 2023 van 19:30 tot 22:00 aanwezig in De Brug in Amersfoort (Schuilenburgerweg 2). De toegang is gratis. Aan de hand van voorbeelden en het bezoeken van relevante websites kunnen zij alles vertellen over hoe je een onderzoek naar de geschiedenis van je familie kunt beginnen.

Glaser legt uit dat er voor iemand die geïnteresseerd is in zijn of haar familie digitaal het nodige valt uit te zoeken. Ook kan hij antwoord geven op de vraag hoe nu een onderzoek naar de familiegeschiedenis te beginnen of welke instanties, archieven of websites men daarvoor zou moeten bezoeken en raadplegen. Soms moet en kan een vastgelopen onderzoek weer worden vlotgetrokken. Kortom, een uitgelezen kans voor mensen die hun familiegeschiedenis eens willen gaan uitzoeken. Een leerzame bijeenkomst en een goede gelegenheid om mede geïnteresseerden te ontmoeten en de passie voor familiehistorie te delen. HCC!genealogie helpt geïnteresseerden op weg in hun zoektocht naar hun familiegeschiedenis. Of men nu net begint of al ervaring heeft met stamboomonderzoek, zij biedt een schat aan informatie en expertise om iedere geïnteresseerde verder op weg te helpen.

Er wordt niet alleen aandacht besteedt aan het effectief zoeken naar genealogische gegevens op internet, maar ook hoe je die gevonden en verzamelde gegevens kunt vastleggen en beheren. Dat gebeurt met behulp van speciale computerprogramma’s zoals Aldfaer en GensDataPro. Cor van Rooij laat juist programma’s zien die draaien op Apple computers, zoals Reunion en Family Tree Maker.

Tot slot kan een DNA-test in een genealogisch onderzoek bijdragen aan het begrijpen van iemands afkomst.


Hoe portretfoto’s genealogisch te benaderen

Op zaterdag 3 juni a.s. kunnen mensen die geïnteresseerd zijn in familiegeschiedenis weer terecht bij HCC!genealogie die op die datum in De Bilt weer een Landelijke Bijeenkomst organiseert. Er worden een tweetal presentaties gegeven.

Computerprogramma voor het opslaan van stamboomgegevens
’s-Ochtends om 11 uur trapt Jacqueline Hofland-Poot af met een presentatie over het genealogische computerprogramma GensDataPro. Wil je gegevens over je stamboom makkelijk kunnen terugvinden en bewerken is de hulp van een computer en een speciaal programma daarbij onontbeerlijk. GensDataPro is zo’n programma.
Hofland-Poot is een autoriteit op dit terrein. Zij geeft cursussen en schrijft boeken over GensDataPro.

De presentatie zal gaan over het verfraaien van een stamboom met foto’s en documenten. Ook het toevoegen van bronnen komt uitgebreid aan de orde. Bronnen die -als ze al beschikbaar zijn- zijn te vinden bij websites als WieWasWie en bij Open Archieven. Daar zijn scans van de akten (van geboorte, huwelijk en overlijden) te downloaden. Deze aktes, bronnen dus, vormen de bewijslast en dienen aan de stamboom te worden toegevoegd.

Analyseren van portretfoto’s
In de middag zal Peter Eyckerman een presentatie verzorgen hoe portretfoto’s genealogisch moeten worden benaderd. Of wel hoe je een foto of een fotoalbum in een genealogisch kader analyseert. Wat je kan doen met de informatie die die analyse oplevert, om tot meer achtergrond of identificatie te komen. Aan de hand van voorbeelden laat hij zien wat er mogelijk is om vanuit een foto met een naam, of zonder naam, te komen tot (bevestiging van) identificatie en tot meer informatie over de persoon op de foto. Niet geheel onbelangrijk, op de meeste familiefoto’s ontbreekt informatie over wie er allemaal op staan afgebeeld. Methoden en technieken die daarvoor zijn te gebruiken, zoals het dateren en analyseren van foto’s en fotoalbums, het identificeren van personen en online zoektechnieken en genealogisch onderzoek, komen aan de orde.

Peter Eyckerman is professioneel genealoog gespecialiseerd in analyse en identificatie van portretfoto’s. Hij schrijft columns over familiefoto’s in Vlaamse Stam, het tijdschrift van Familiekunde Vlaanderen, en in Gen.magazine van het CBG, Centrum voor familiegeschiedenis.

Deze -gratis bij te wonen- bijeenkomst wordt gehouden in het H.F. Witte Cultuur- en vergadercentrum aan het Henri Dunantplein 4, 3731 CL De Bilt, aanvang 11 uur.

Een NSB-er in je familie

Het is niet uitgesloten dat wanneer je je familiegeschiedenis uitzoekt dat je iemand tegenkomt die in de Tweede Wereldoorlog lid is geweest van de NSB, dienst nam in de Waffen-SS of hulp verleende aan het NSKK (vrachtwagenkorps van het Duitse leger). In zo’n geval moet je een keuze maken of je dit verder wilt uitzoeken. Van belang daarbij is of er nog directe nabestaanden in leven zijn en zo ja weten die van dit verleden af? Zo niet moet je het hen dan vertellen? Hoe ga je als stamboomonderzoeker hier nou mee om? Neem je zo’n persoon die behoorlijk ‘fout’ is geweest in de Tweede Wereldoorlog op in je familiegeschiedenis of juist niet. Los daarvan komen in 2025 de dossiers van het oorlogsarchief bij het Nationaal Archief vrij.

Deze vraag komt aan bod tijdens een gratis toegankelijke bijeenkomst met als titel ‘Wat als familieleden als NSB-lid, Waffen-SS’er of NSKK’er collaboreerde?‘ die HCC!genealogie op zaterdag 4 maart in het H.F. Witte Cultuur- en vergadercentrum, Henri Dunantplein 4, 3731 CL De Bilt, aanvang 11 uur organiseert.
Alex Dekker, docent Geschiedenis/Duits in het VSO, doet inmiddels al ruim dertig jaar onderzoek naar de Tweede Wereldoorlog. In de presentatie zal hij zijn eigen familiegeschiedenis centraal stellen. Een Duitse opa die als onderofficier diende en een Nederlandse oma: na lang zoeken ontrafelde Dekker een verborgen geschiedenis. Een geschiedenis die behoorlijk veel impact had en nog steeds heeft. Dekker publiceerde meerdere artikelen over de oorlog. Momenteel doet hij archiefonderzoek naar de bijdragen van Nederlanders aan het NSKK, het vrachtwagenkorps van het Duitse leger. Hij is lid van Werkgroep Herkenning, een vrijwilligersorganisatie die hulp geeft aan en staat kinderen, kleinkinderen en familieleden bij van personen die in de jaren 1940-1945 aan de zijde van de bezetter stonden, dan wel de bezetter waren (kinderen van Duitse militairen).
Op 1 januari 2025 wordt het grootste en meest geraadpleegde oorlogsarchief van ons land, het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) dat in berusting is bij het Nationaal Archief openbaar. Het gaat om dossiers van zo’n 300 duizend van collaboratie met de vijand verdachte Nederlanders in de Tweede Wereldoorlog.

Slaven in de familie
Een ander controversioneel onderwerp dat -in de ochtend- zal worden behandeld is het slavernijverleden en dna. In de presentatie vertelt Annemieke van der Vegt (zij won vorig jaar de Nederlandse prijs voor genealogie) over haar zoektocht naar het vergeten levensverhaal van haar voorvader Christiaan die geboren werd op de Kust van Guinee, en als gestolen kind naar Nederland werd gebracht. Hij diende als kind verschillende leden van het Stadhouderlijk Hof, waar na hij aan de Burgemeester van Weesp werd gegeven die hem aannam als ‘antiqiteit’. Voor zijn doop werd hij Presto genoemd. Welke naam zijn ouders hem gegeven hebben, is (nog) onbekend, vandaar de naam van het onderzoek “Hoe heette Christiaan?” Niet alleen onderzoekt van der Vegt zijn leven en de wereld waarin hij leefde maar ook dat van zijn kinderen en kleinkinderen. Tijdens de speurtocht ontdekte zij dat Christiaan lang niet het enige Afrikaanse jongetje was die als bediende in Nederland terecht kwam.

Ontdek het verhaal van je voorouders
Stamboomonderzoek is een boeiende, maar ook verslavende hobby en -vandaag de dag- een van de snelst groeiende vrijetijdsbestedingen. Steeds meer mensen raken geïnteresseerd in de geschiedenis van hun familie. “De laatste jaren zien wij een stijging van het aantal mensen dat geïnteresseerd is in hun familiegeschiedenis. Dat komt ook door tv-programma’s als ‘Verborgen Verleden’, ‘DNA Onbekend’, ‘Spoorloos’ en een paar jaar geleden ‘Brieven boven water’”, zegt John Glaser, secretaris van de interessegroep Stamboomonderzoek van de grootste computerclub van de Benelux HCC. Maar ook de serie ‘Het verhaal van Nederland’ dat recordkijkcijfers opleverde. Of Netflix series gebaseerd op historische personages die worden verslonden. “Mensen snakken er blijkbaar naar om het verleden te kennen”, aldus Glaser.

Ontdek het verhaal van je voorouders in Amersfoort

Stamboomonderzoek is een boeiende, maar ook verslavende hobby en -vandaag de dag- een van de snelst groeiende vrijetijdsbestedingen. Steeds meer mensen raken geïnteresseerd in de geschiedenis van hun familie.

John Glaser uit Amersfoort is secretaris van HCC!genealogie, een vereniging van stamboomonderzoekers of genealogen zoals ze officieel heten: “De laatste jaren zien wij een stijging van het aantal mensen dat geïnteresseerd is in hun familiegeschiedenis. Dat komt ook door tv-programma’s als ‘Verborgen Verleden’, ‘DNA Onbekend’ en een paar jaar geleden ‘Brieven boven water’. We zien dat ook terug in de bezoekersaantallen tijdens de door ons georganiseerde bijeenkomsten in het land, maar ook aan het aantal bezoekers aan onze website.”

Iedere derde maandag van de maand komt HCC bijeen in De Brug in Amersfoort (Schuilenburgerweg 2, aanvang 19.30 uur). Daar is ook John Glaser te vinden. Samen met Cor van Rooij, adviseur van HCC!genealogie, kunnen zij alles vertellen over familiegeschiedenis en wat daar bij komt kijken.

Glaser legt graag uit dat er voor iemand die geïnteresseerd is in zijn of haar familie digitaal het nodige valt uit te zoeken. Maar hij kan ook antwoord geven op de vraag hoe nu een onderzoek naar de familiegeschiedenis te beginnen of welke instanties, archieven of websites men daarvoor zou moeten bezoeken. En ook hoe een vastgelopen onderzoek weer kan worden opgestart. Kortom, een uitgelezen kans voor mensen die hun familiegeschiedenis willen gaan uitzoeken.

Verhalen achter de mens
Glaser benadrukt overigens dat het zijn leden niet alleen of hoofdzakelijk gaat om kale gegevens als de data van geboorten, huwelijk en overlijden. Het gaat hen meer om de verhalen achter de mens. Wat deden onze vroegere familieleden, hoe woonden ze, wat maakte ze mee? Zo heeft een van de leden een deserteur uit Franse dienst onder zijn familieleden. Maar hoorde ook verhalen van iemand die een familielid in Thailand begraven vond als slachtoffer van Japanse krijgsgevangenschap en was overleden aan de beruchte Birma-spoorlijn. Of een lid dat er onlangs achter kwam dat een Rotterdams familielid in 1945 in concentratiekamp Neuengamme was overleden. Die vond zelfs brieven terug die een Rode Kruis verpleegster vanuit Neuengamme na de bevrijding aan de ouders van de jongen stuurde. In een laatste brief deelde zij de familie mee dat hun zoon toch nog was overleden.
Op last van koningin Wilhelmina werden na de oorlog zoveel mogelijk oorlogsslachtoffers naar Nederland teruggehaald en hier herbegraven. Op het Nationaal Ereveld in Loenen liggen militairen en zeelieden begraven. De Oorlogs Graven Stichting probeert deze oorlogsslachtoffers aldaar een gezicht te geven met verhalen over en -indien beschikbaar- een foto van de aldaar begraven slachtoffers. Ook die verhalen leveren aanvulling op de familiegeschiedenis en andersom wordt juist door iemands speurtocht in Loenen een overledene op die manier van een gezicht voorzien.

Burgerlijke stand
De registers van de Burgerlijke Stand vinden we in de provinciale, regionale en gemeentelijke archieven. “Al jaren zijn Nederlandse archieven met de hulp van honderden vrijwilligers bezig met het digitaliseren en indexeren van die officiële akten. Afhankelijk van de daartoe geldende regels worden scans van die akten op internet gezet”, aldus Glaser. Op overkoepelende websites als openarch.nl en wiewaswie.nl staan miljoenen digitaal ontsloten akten. “Bij open archieven gaat het om wel 300 miljoen persoonsvermeldingen. Tik daar je familienaam maar eens in, en zie wat er gebeurt”, zegt Glaser, die denkt dat mensen dan onmiddellijk enthousiast worden om meer te weten te komen over de geschiedenis van hun familie.
Om privacy redenen zijn ‘geboorteregisters’ (akten van geboorte) pas na 100 jaar openbaar, de ‘huwelijksregisters’ (akten van huwelijken, geregistreerd partnerschap en echtscheidingen) na 75 jaar en ‘overlijdensregisters’ (akten van overlijdensaangiften) worden na 50 jaar openbaar.

Militairen
In veel families komen militairen voor. Maar mochten die al zijn overleden dan is het wellicht moeilijk om over zo’n familielid veel te weten te komen. Voor mensen die de geschiedenis van hun familie onderzoeken is dat nu juist interessant. Over officieren en onderofficieren is in tegenstelling tot manschappen het nodige bekend en dus te achterhalen. Zoekt men dus informatie over militaire familieleden dan kan men bijvoorbeeld terecht bij het Nationaal Archief, Ministerie van Defensie, het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, Nationaal Militair Museum, Stichting Afhandeling Indische Pensioenen (SAIP), Sociale Verzekerings Bank en voor wat de KNIL betreft bij Bronbeek. Maar ook (de nieuwe) websites Oorlogslevens en Oorlogsverhalen zijn zeer de moeite waard.
De website Nederlands Militair Erfgoed geeft toegang tot 800.000 officiersnamen, bijna 8 duizend portretten, ruim 130 duizend tijdschriften, bijna 2.500 legerplaatsen, ruim 7 duizend oude drukken van legertijdschriften, duizend stukken muziek en in de namen van (nog maar) 2.446 dienstplichtigen.

Ontdek het verhaal van je voorouders

Dat is het motto van een dag die het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven samen met de interessegroep Stamboomonderzoek en Familiegeschiedenis van de HCC op zaterdag 19 november a.s. van 11.00-16.00 uur in het archief organiseert.

Wie zijn (familie)verleden wil uitzoeken en de daarbij gevonden gegevens op de computer wil vastleggen komt ruimschoots aan zijn trekken. Los van een ’s-middags door het archief georganiseerde lezing is er de hele dag een genealogische informatiemarkt waar doorlopend demonstraties worden gegeven van belangrijke websites en computerprogramma’s op het gebied van stamboomonderzoek, of wel genealogie. Aan de experts van een Helpdesk kunnen vragen worden gesteld hoe nu een onderzoek naar de familiegeschiedenis te beginnen of welke instanties, archieven of websites men daarvoor zou moeten bezoeken. Maar ook hoe een vastgelopen onderzoek weer kan worden opgestart. Kortom, een uitgelezen kans voor mensen die hun familiegeschiedenis willen gaan uitzoeken. Een verslavende hobby, aldus de organisatoren.

Informatiemarkt
Op de informatiemarkt geeft medeorganisator HCC!genealogie demonstraties van WieWasWie en Open Archieven, dé websites waar in de vorm van geïndexeerd en vaak ook gescande aktes van geboorte, huwelijk en overlijden uit de burgerlijke stand zijn te vinden. Daarnaast presenteert zij de genealogische computerprogramma’s Ancestor Tree Manager en HuMo-gen. Ook Plaatsengids.nl wordt door hen gedemonstreerd. Op de verschillende stands zullen op verzoek presentaties worden gegeven.

Aanwezige leveranciers van andere genealogische computerprogramma’s zijn: Aldfaer, Brother’s Keeper, GensDataPro, PRO-GEN, voor de Apple computers het programma Reunion en de vertegenwoordigers van de internationaal georiënteerde websites zoals FamilySearch (de website van de Mormonen), Geneanet en MyHeritage (twee organisaties waarop men eigen gegevens kan publiceren om zo een groter wereldwijd openbaar bereik te verkrijgen). Daarnaast zijn ook aanwezig organisaties als : DNAgezocht, Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie, het Nederlandse College Heraldiek, de PRO-GEN Gebruikersgroep en GEM magazine (een blad voor beginnende genealogen). Tenslotte geven regionale verenigingen zoals HCC!zuidoostbrabant en NGV-Kempen en Peelland eveneens op deze dag acte de préséance.

Lezing om 14.00 uur: ‘Lieve Gijs, lieve ouders’

Uit de familiearchieven van de Brabantse adel door Klaasje Douma

De ‘Lieve Gijs’ uit de titel van deze lezing is Gijsbert de Jonge van Zwijnsbergen (1853-1929), die als elfjarig jongetje bij zijn oom en tante Van Hardenbroek logeerde en daar een aantal brieven van zijn moeder Susanne van Hardenbroek (1826-1886) ontving. Daarin informeerde zij naar zijn belevenissen en vertelde op haar beurt over de gebeurtenissen thuis.

Naast brieven van Gijs aan zijn moeder en vice versa, bespreekt Douma ook andere voorbeelden van documenten die te vinden zijn in familiearchieven. Naast deze en andere egodocumenten waarin personen iets van zichzelf blootgeven, bevatten familiearchieven vaak ook overlijdensberichten en huwelijksaankondigingen, liederen en gedichten ter gelegenheid van een feestelijke gebeurtenis, aantekeningen en documenten in verband met zowel huwelijken als begrafenissen, en recepten en huishoudelijke aantekeningen.

Tijdens de lezing wordt er gegrasduind in een aantal familiearchieven en komen zo voorbeelden tegen van de hiervoor genoemde documenten. Met behulp daarvan schetst Douma de levensstijl en dan vooral het familieleven van adellijke families in het Noord-Brabant van de negentiende eeuw.

Klik hier om in te schrijven voor deze lezing.

Stamboombronnen en familiewapens

Je kunt wel zeggen ik stam van die of die af, maar mensen die geinteresseerd zijn in hun familiegeschiedenis zien dat graag met bewijzen gestaafd. Dat doen ze bij voorkeur door het raadplegen van officiële documenten zoals geboorte-, huwelijks- en overlijdensakten. Maar waar zijn die te vinden? Dat is een van de onderwerpen die aan de orde komt op een landelijke bijeenkomst van de interessegroep Stamboomonderzoek en Familiegeschiedenis van de HCC op 1 oktober a.s. in De Bilt.

Het meest bekende onderdeel van het platform GeneaKnowhow is ‘Digitale Bronbewerkingen Nederland en België’. Doel van het platform is het bieden van ondersteuning bij genealogisch onderzoek in de brede zin van het woord. Door onderzoekers nieuwe aanknopingspunten te bieden en ‘eigen’/actief onderzoek in primaire en secundaire bronnen te stimuleren. De vermeldingen van bronnen zijn gerangschikt per provincie, regio en plaats.
Tijdens de lezing zal Paul Balm, voorzitter van de Stichting Geneaknowhow kort de geschiedenis van de onderdelen van Geneaknowhow behandelen en vervolgens een selectie tonen uit het uitgebreide aanbod. Aanvang 11.00 uur.

Heraldiek
Een andere vraag die veel beginnende stamboomonderzoekers zich stellen is ‘ben ik van adel’ en ‘is er een familiewapen?’
Om daar wat meer over te weten te komen heeft HCC!genealogie René Vroomen wapenheraut van de Stichting Nederlands Genootschap voor Heraldiek (NGH) uitgenodigd. Hij zal ‘s-middags ingaan op heraldiek. Dat is de wetenschap die zich bezighoudt met de betekenis van familiewapens en andere heraldische wapens. Het genootschap maakt zich zorgen over de afkalving en versnippering van het ‘heraldisch landschap’ in Nederland. Het probeert dat tegen te gaan door de heraldiek als cultureel erfgoed in Nederland maar ook daarbuiten te bevorderen. Het doet dat door het vergroten van de kennis over de heraldiek als cultuurhistorisch fenomeen en het stimuleren van de ‘levende’ heraldiek’ in de dagelijkse wereld. Het genootschap beschikt over een wapenregister waar erkende wapens in worden opgenomen.

De bijeenkomst zal worden gehouden op zaterdag 1 oktober a.s. in Cultuur en Vergadercentrum H.F. Witte, Henri Dunantplein 4 3731 CL De Bilt. Aanvang 11.00 uur, toegang gratis.

Militaire onderscheidingen en Zoeken in Nederland, Duitsland en Vlaanderen

Op zaterdag 28 mei 2022 organiseerde HCC!genealogie haar de 2e Landelijke Bijeenkomst van 2022, die werd gehouden in het H.F. Witte Cultuur- en vergadercentrum, Henri Dunantplein 4, 3731 CL De Bilt.

Bert Keers: Militaire onderscheidingen
Het is  niet ondenkbaar dat u een gedecoreerde voorvader in uw stamboom heeft. Het is dan interessant om  te weten over welke decoratie het gaat.
Om die reden praat Bert Keers, hoofd van de afdeling Decoraties van de Divisie Personeel & Organisatie van het  Ministerie van Defensie ons  bij over onderscheidingen in het algemeen, militaire onderscheidingen in het bijzonder. Zij nemen immers bij Defensie een bijzondere plaats in. Deze vormen een officiële blijk van erkenning en waardering en doen recht aan bijzondere momenten en gelegenheden waar de militair aan heeft deelgenomen. In retrospectief is aan de hand van de verkregen onderscheidingen na te gaan wat de militair allemaal heeft gedaan. Het is om zo te zeggen het CV van de militair.

Fred Baltus: Zoeken in Nederland, Duitsland en België
HCC!genealogie-adviseur Fred Baltus had het in zijn presentatie over hoe men naar genealogische gegevens kan zoeken op het internet. De beschikbaarheid van allerhande data en scans heeft sinds 2000 een enorme vlucht genomen. In Nederland zijn wij genealogen behoorlijk verwend met websites als o.a. WieWasWie en Open Archieven.
Onze buurlanden zijn nog lang niet zo ver als wij in Nederland, maar men timmert de laatste jaren flink aan de weg. Het zoeken naar genealogische gegevens in het buitenland gaat meestal wel op eenzelfde wijze. Soms kan je zoeken op persoonsgegevens en een andere keer moet je door een kerkboek bladeren. In de presentatie komen een aantal van die sites aan bod.

Nieuwe hobby nodig in crisistijd?

We lezen of horen bijna dagelijks over wat mensen in de huidige crisistijd doen en ondernemen om -door het vaak verplichte thuiszitten- bezig te zijn. Er schijnt meer te worden gelezen en zijn bordspellen niet aan te slepen. Weer anderen storten zich vol overgave op het verzamelen van postzegels. En wie weet heeft de minister-president wel gelijk toen hij onlangs opperde dat na de crisis Nederland er anders uit zou zien. Op zich hoeft dat niet negatief te zijn.

Voor stamboomonderzoekers, of genealogen zoals ze officieel heten, bestaan de nodige verenigingen op lokaal, regionaal en landelijk niveau. Van de laatste is b.v. HCC!genealogie een voorbeeld. Cees Heystek is daarvan de voorzitter. “De laatste jaren zien wij al een stijging in het aantal mensen dat geïnteresseerd is in hun familiegeschiedenis. Dat komt ook door Tv-programma’s als ‘Verborgen Verleden’, ‘DNA Onbekend’ en een paar jaar geleden ‘Brieven boven water’. We zien dat ook terug in de bezoekersaantallen tijdens de door ons georganiseerde bijeenkomsten, maar ook aan het aantal bezoekers aan onze website.

Doordat mensen nu -gedwongen thuiszittende- meer of een andere tijdsbesteding zoeken betekent volgens Heystek ook dat meer mensen zich in hun familiegeschiedenis gaan verdiepen. Dat komt ook omdat veel onderzoek naar de familie thuis met behulp van de computer met internetaansluiting kan worden gedaan.

Burgerlijke stand
De registers van de Burgerlijke Stand vinden we in de provinciale, regionale en gemeentelijke archieven. “Al jaren zijn Nederlandse archieven met de hulp van honderden vrijwilligers bezig met het digitaliseren en indexeren van die officiële akten. Afhankelijk van de daartoe geldende regels worden scans van die akten op internet gezet”, aldus Heystek. Op overkoepelende websites als openarch.nl en wiewaswie.nl staan miljoenen digitaal ontsloten akten. “Bij open archieven gaat het om wel 218 miljoen persoonsvermeldingen. Tik daar je familienaam maar eens in, en zie wat er gebeurt”, zegt Heystek, die denkt dat mensen dan onmiddellijk enthousiast worden om meer te weten te komen over de geschiedenis van hun familie.
Om privacy redenen zijn ‘geboorteregisters’ (akten van geboorte) pas na 100 jaar openbaar, de ‘huwelijksregisters’ (akten van huwelijken, geregistreerd partnerschap en echtscheidingen) na 75 jaar en de ‘overlijdensregisters’ (akten van overlijdensaangiften) worden na 50 jaar openbaar.

Interessant is LINKS een samenwerkingsproject tussen het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) en het CBG|Centrum voor familiegeschiedenis. Met dit project worden huwelijksakten aan elkaar gekoppeld. Daarmee is in kortere tijd een stamboom op te bouwen. “Vroeger zag je alleen maar de akte. Maar bij WieWasWie zie je nu ook koppelingen naar de huwelijksakten van de ouders van bruid en bruidegom en naar de huwelijksakten van de (latere) kinderen van het bruidspaar. Over niet al te lange tijd zullen ook andere koppelingen zoals geboorte- en overlijdensakten worden toegevoegd. Het maken van een globale stamboom wordt daarmee alleen maar makkelijker”.

Verhalen achter de mens
Heystek benadrukt overigens dat het zijn leden niet alleen of hoofdzakelijk gaat om kale gegevens als de data van geboorten, huwelijk en overlijden. Het gaat hen meer om de verhalen achter de mens. Wat deden onze vroegere familieleden, hoe woonden ze, wat maakte ze mee? Hij heeft zelf een deserteur uit Franse dienst onder zijn familieleden. Maar hoorde ook verhalen van iemand die een familielid in Thailand begraven vond als slachtoffer van Japanse krijgsgevangenschap en overleden aan de beruchte Birma-spoorlijn. Of een lid dat er onlangs achter kwam dat een Rotterdams familielid in concentratiekamp Neuengamme was overleden. Die vond zelfs brieven terug die een Rode Kruis verpleegster vanuit Neuengamme na de bevrijding aan de ouders van de jongen stuurde. In een laatste brief deelde zij de familie mee dat hun zoon was overleden. Op last van koningin Wilhelmina werden na de oorlog zoveel mogelijk oorlogsslachtoffers naar Nederland teruggehaald en hier herbegraven. Op het Nationaal Ereveld in Loenen liggen militairen en zeelieden begraven. De Oorlogs Graven Stichting probeert de begravenen aldaar een gezicht te geven met verhalen over en -indien beschikbaar- een foto van de aldaar begraven slachtoffers. Ook die verhalen leveren aanvulling op de familiegeschiedenis en andersom wordt juist door iemands speurtocht in Loenen een overledene op die manier een gezicht gegeven.

Militairen
In veel families komen militairen voor. Maar mochten die al zijn overleden dan is het wellicht moeilijk om over zo’n familielid veel te weten te komen. Voor mensen die de geschiedenis van hun familie onderzoeken is dat nu juist interessant. Over officieren en onderofficieren is in tegenstelling tot manschappen het nodige bekend en dus te achterhalen. Zoekt men dus informatie over militaire familieleden dan kan men bijvoorbeeld terecht bij het Nationaal Archief, Ministerie van Defensie, het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, Nationaal Militair Museum, Stichting Afhandeling Indische Pensioenen (SAIP), Sociale Verzekerings Bank en voor wat de KNIL betreft bij Bronbeek. Maar ook (de nieuwe) websites Oorlogslevens en Oorlogsverhalen zijn zeer de moeite waard. 
De website Nederlands Militair Erfgoed geeft toegang tot 800.000 officiersnamen, bijna 8 duizend portretten, ruim 130 duizend tijdschriften, bijna 2.500 legerplaatsen, ruim 7 duizend oude drukken van legertijdschriften, duizend stukken muziek en in de namen van (nog maar) 2.446 dienstplichtigen.

Kortom, voor iemand die geïnteresseerd is in zijn of haar familie valt er digitaal het nodige uit te bezoeken.

Militairen in de familie

In veel families komen ze wel voor. Militairen. Maar mochten die al zijn overleden dan is het wellicht moeilijk om over zo’n familielid veel te weten te komen. Voor mensen die de geschiedenis van hun familie onderzoeken is dat nu juist interessant. Over officieren en onderofficieren is in tegenstelling tot manschappen het nodige bekend en dus te achterhalen. Zoekt men dus informatie over militaire familieleden dan kan men terecht bij het Nationaal Archief, Ministerie van Defensie, het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, Nationaal Militair Museum, Stichting Afhandeling Indische Pensioenen (SAIP), Sociale Verzekerings Bank, voor wat de KNIL betreft bij Bronbeek. Maar ook (de nieuwe) websites Oorlogslevens en Oorlogsverhalen, om WieWasWie, Vele Handen en Open Archieven maar niet te vergeten. Sommige legeronderdelen hebben eigen websites of zelfs een museum, zoals het Cavaleriemuseum in Amersfoort. Maar in geval van in het buitenland overleden militairen kan men het ook proberen bij het Rode Kruis of de Oorlogs Graven Stichting.

De website Nederlands Militair Erfgoed geeft toegang tot gezamenlijke militaire collecties en bronnen. Het gaat om honderden officiersnamen met informatie over hun rang, loopbaan, regiment en aanstellingsdatum uit de officiersboekjes uit de periode van 1810-1940.

Op zaterdag 29 februari a.s. organiseert de interessegroep stamboomonderzoek van de grootste computerclub van de Benelux, de HCC, weer een gratis toegankelijke bijeenkomst.

’s-Middags zal Jan de Keizer, verantwoordelijk voor het project Officiersboekjes van het Nederlands Militair Erfgoed een demonstratie verzorgen. Hij zal aan de hand van een aantal namen nagaan bij welk krijgsmachtonderdeel betrokkene heeft gediend en in welke rangen. Ook kan via inzage in zo’n officiersboekje worden nagegaan waar hij gelegerd is geweest en of hij is uitgezonden naar Nederlands-Indië of Suriname.

Toegang tot gezamenlijke militaire collecties en bronnen
Het is de bedoeling om collectieonderdelen die nu door verschillende instellingen verspreid worden bewaard bij elkaar te brengen. Daarnaast moeten de bronnen toegankelijk worden gemaakt. De meeste data is nu nog afkomstig van het Nationaal Militair Museum en de Nederlandse Defensie Academie, maar met de vernieuwde website wil men meer instellingen aanmoedigen om gegevens te delen op de website van het militair erfgoed. “Wij zijn verheugd met dit initiatief omdat het op die manier gemakkelijker wordt in de diverse militaire bronnen te zoeken”, zegt Willem van Winterswijk, secretaris van HCC!genealogie.
Via deze site kan men zoeken in ruim 800 duizend officiersnamen, bijna 8 duizend portretten, ruim 130 duizend tijdschriften, bijna 2.500 legerplaatsen, ruim 7 duizend oude drukken van legertijdschriften, duizend stukken muziek en in de namen van (nog maar) 2.446 dienstplichtigen. In Wapenen en Regimenten zijn beschrijvingen van diverse legeronderdelen en baretemblemen en uniformen beschikbaar. Dienstplichtigen worden uitgenodigd om foto’s aan te leveren.

Computerprogramma
Er bestaan de nodige computerprogramma’s om de gevonden stamboomgegevens mee vast te leggen. Hoewel HCC!genealogie geen voorkeur heeft test zij programma’s wel geeft daar voorlichting over. Zo testte bestuurslid John Glaser het programma Ancestor Tree Manager, een gratis genealogisch programma waarmee op een eenvoudige wijze een aantrekkelijke website kan worden gemaakt inclusief foto’s, maar ook met scans van de akten.
Het programma is in 2012 ontwikkeld door een enthousiaste amateur genealoog en wordt nog steeds aan de hand van input van gebruikers doorontwikkeld. Zo zijn er inmiddels ook Engels en Duitstalige versies. John Glaser zal ’s-morgens de sterke punten van het programma en de mogelijkheid om een website door middel van een demonstratie belichten.

De gratis toegankelijke bijeenkomst zal worden gehouden in het H.F. Witte Cultuur- en vergadercentrum, Henri Dunantplein 4, 3731 CL De Bilt. Aanvang 11 uur.